door Peter Reekmans en Jonas Vangroenendael
Het kasteel in de Torenstraat in Attenrode-Wever heeft een rijke geschiedenis, net zoals zijn bewoners. Burgemeester Peter Reekmans en gemeenteraadslid Jonas Vangroenendael brachten deze geschiedenis in kaart.
Het kasteel
Op de plaats van het huidige kasteel in Attenrode stond in de 15 de eeuw ‘t Hof van Boeslinter. Jan van Boeslinter was de oorspronkelijke eigenaar. Later ging het kasteel naar Peter van Grieken en raakte het bekend als ‘t Hof van Grieken. Naast het kasteel werd in 1648 een barokkapel gebouwd, dit is één van de oudste gebouwen in de gemeente. Na enige overdrachten kwam het kasteel begin 18de eeuw in het bezit van Gabriel-Michiel-Frans de l’ Escaille, heer van Amours en hoofdmeier van Tienen (1706-1780). Door huwelijken kwam het afwisselend in handen van de families de l’Escaille en De Turck de Kersbeek. Emmanuel de Turck de Kersbeek (1786-1862) liet op het goed een aanzienlijke pachthoeve bouwen. Zijn kinderen braken ze af en bouwden op het einde van 1800 het eerste gedeelte van het huidige kasteel. Omstreeks 1910 werd er een eerste vleugel bijgebouwd en de laatste volgde rond 1930.
Het kasteel werd in 1939 de commandopost van het hulpvliegveld 16 in Glabbeek. Net vóór het uitbreken van WO II, tussen 1936 en 1938, legden de Belgische strijdkrachten het Hulpvliegveld 16 aan in Glabbeek. Het beschikte over twee start- en landingsbanen van 700 meter lengte. Dit hulpvliegveld van de luchtmachtbasis van Goetsenhoven bevond zich tussen het militaire domein van Attenrode-Wever en het huidige gemeentelijke domein langs de Steenbergestraat (voormalig militair domein). Naast Glabbeek waren er ook in Jeneffe en Lonzée hulpvliegvelden ingericht. Ze waren bedoeld als uitwijkplaats voor het geval het vliegveld van Goetsenhoven onbruikbaar zou raken ten gevolge van bombardementen door het Duitse leger. In 1939 werd het vliegveld van Glabbeek in staat van paraatheid gebracht, de commandopost bevond zich op het kasteel van Attenrode.
De bewoners
Emmanuel Ambroise Joseph de Turck de Kersbeek (1786-1862) was een zoon van Ambroise de Turck, griffier van de thesaurie in Brussel en van Henriette de l'Escaille. In 1839 werd hij erkend in de erfelijke adel, met de titel baron, overdraagbaar bij eerstgeboorte en met de toevoeging de Kersbeek bij de familienaam. Hij trouwde met barones Eudoxie de t' Serclaes de Wommersom (1810-1880) en ze kregen 12 kinderen:
- Anastasie de Turck (1828-1888), die trouwde met Charles de Bruges de Gerpinnes.
- Emile de Turck (1829-1909), provincieraadslid voor Brabant, burgemeester van Westmalle, die trouwde met Joséphine de Brouchoven de Bergeyck.
- Théodore de Turck (1830-1883), burgemeester van Attenrode-Wever 1891-1905
- Stéphanie de Turck (1832-1912), religieuze van het H. Hart.
- Joséphine de Turck (1833-1883)
- Marie-Petronille de Turck (1836-1888), religieuze van het H. Hart.
- Lodewijck de Turck (1838-1914), burgemeester van Attenrode-Wever 1905-1914
- Auguste de Turck (1840-1908), norbertijn en prior in de Abdij van 't Park.
- Edmond de Turck (1841-1884), die trouwde met Valérie della Faille de Leverghem. Zij kregen twee kinderen: Marguerite de Turck (1872-1927), die trouwde met baron Alphonse de Gruben, burgemeester van Booischot. En Gaspard de Turck (1874-1930), burgemeester van Kersbeek-Miskom, die trouwde met Julie Domis de Semerpont. Na hun dochter Anne-Marie de Turck (1912-1997) doofde de familienaam als laatste naamdraagster, de familie de Turck de Kersbeek uit.
- Jules de Turck (1843-1875), norbertijn in de Abdij van Tongerlo.
- Karel de Turck (1846-1919), provincieraadslid voor Brabant, burgemeester van Attenrode-Wever 1914-1919, die in 1881 trouwde met gravin Lucie Goethals. Zij kregen twee kinderen: Elodie de Turck (1882-1962), die trouwde met Jonkheer Paul de l'Escaille (1877-1936), burgemeester van Attenrode-Wever. En Marie-Anastasie de Turck (1883-1974), die trouwde met baron Raphaël Gillès de Pélichy.
De huidige bewoners van het kasteel zijn Jonkheer Emmanuel de l’Escaille en zijn echtgenote barones Eliane de Radigues de Chennevières en hun zoon Jonkheer Guy de l’Escaille. Zij zijn afstammelingen van Elodie de Turck de Kersbeek en Jonkheer Paul de l’Escaille de Lier.
Burgemeesters (5) van Attenrode-Wever
Baron Louis de l’Escaille was burgemeester van Attenrode tussen 1819 en 1825, Op 1 januari 1825 werden de gemeenten Attenrode en Wever bij Koninklijk Besluit van Willem I op 1 januari 1825 tot één gemeente verenigd met de naam Attenrode-Wever.
Daarna waren ook nog baron Théodore de Turck de Kersbeek (1891-1905, foto 1), baron Lodewijck de Turck de kersbeek (1905-1914, foto 2), baron Karel de Turck de Kersbeek (1914-1919, foto 3) en Jonkheer Paul de l'Escaille de Lier (1927-1936, foto 4) burgemeester van Attenrode-Wever.
Giften aan het dorp
Bij het aanbreken van de 20ste eeuw was de kerk van Attenrode te klein geworden voor de steeds aangroeiende bevolking. Na de afbraak van de oude kerk begon men in 1910 aan een nieuwbouw naar plannen van architect Verheyden uit Tienen. Op 24 oktober 1911 werd de nieuwe kerk ingezegend. De totale kostprijs bedroeg 48.700 BEF. De staat gaf 21.000 BEF, de provincie 4.700 BEF, de gemeente 10.000 BEF, de kerkfabriek kon niets bijbrengen. De overige 12.000 BEF werden gegeven door de families de ‘l Escaille en de Turck de Kersbeek, op voorwaarde dat er aan de zuidzijde van het koor een kapel werd aangebouwd van waaruit de familie de kerkelijke diensten zou kunnen volgen. Op deze kapel is aan de oostzijde een neogotische gedenkplaat aangebracht. De plaat toont een schild met kroon, gedragen door twee griffioenen. Hierboven staat de plaats van herkomst van de familie: Nordheringen in Duitsland. In de kapel hangt een rouwschild van Baron de Turck met als datum “8 Janvier 1914”.
In 2016 werd de oude barokkapel gerestaureerd dankzij een samenwerking tussen de familie de l’Escaille, de gemeente Glabbeek en de provincie Vlaams-Brabant.